Leen woont sinds vijf jaar met haar man en twee kinderen in een rustige woonstraat in Antwerpen. In de eerste week van de corona-lockdown verhuisden ze naar deze stek. Dat er een geveltuin zou komen, wisten ze al voor hun intrek in het nieuwe huis. Hun vorige woning had namelijk ook een geveltuin in de schaduw.
De verhuizing bracht een nieuwe uitdaging: een heel zonnige voorgevel om (opnieuw) mee aan de slag te gaan. De warme voorkant van het huis, zowel voor als achter de mooie gevel, werd snel ieders favoriete plekje. Ze noemt het steevast haar ‘voortuin’. Hier wordt er gebabbeld met de buren en worden spontaan nieuwe contacten gelegd. Zo kwam er ook al heel snel een bankje bij, een succesnummer in de straat waar ze nog geen minuut spijt van heeft gehad.
Heel wat buren zijn geïnspireerd door Leens tuin en volgden haar voorbeeld.
Niet alleen het bankje zorgt voor die sociale verbinding, ook de groenslinger met ‘Lonicera henryi’, een groenblijvende kamperfoeliesoort vertrekkend bij de overburen geeft een groene connectie. Groenslingers zijn slingerplanten die langs een kabel, van gevel naar gevel, dwars over de straat groeien. De plant begint te groeien vanuit een tegeltuin op de stoep. In Antwerpen kunnen overburen die samen een groenslinger willen, een verticale en horizontale kabel aanvragen die gratis geplaatst wordt door het district.
Tegelwippen
Om de geveltuin mogelijk te maken, werden op drie plaatsen tegels gewipt om de (klim)planten te laten wortelen. Er staan ook twee doornloze braamsoorten (‘Thornless Evergreen’ en ‘Triple Crown’) doen het goed op deze zonnige gevel, en brachten de laatste zomer ook een aanzienlijke oogst op. Mogelijk zit de vruchtbare opbrengst van de wormenbak die als echte compostmachine functioneert, daar voor iets tussen?
Nog even terug naar die buren. Van hen kregen ze zonnebloemen cadeau toen ze net in de nieuwe woning introkken. Die doen het elke zomer erg goed, de zaadjes worden deels gezaaid en deels uitgedeeld aan andere buren, en zo kleurt de hele wijk elk jaar wat geler.
De regenton – die tegelijk ook plantenbak is – maakt het intensief gieten van de bakken eenvoudiger.
Heel wat buren zijn geïnspireerd door Leens tuin en volgden haar voorbeeld. Je voelt en ziet dat er in deze wijk veel interesse is in het vergroenen en verduurzamen van de leefomgeving, te beginnen bij de eigen woning en straat.
Inheemse planten
De plantenkeuze vormt een weloverwogen consensus binnen het gezin. Mathias, de man van Leen, gaat voor inheemse planten, die – voor deze specifieke context van een zuidgevel – warmte- en droogtebestendig zijn. Leen zal eerder spontaan op kleuren en bloemen afgaan, maar zich wel goed informeren of deze bij- en insectvriendelijk zijn, alvorens nieuwe aankopen te doen. Daarvan getuigen trouwens ook de insectenhotels die door hun gunstige oriëntatie snel volgeboekt geraken.
Het aantal gevulde potten en bakken telt al snel aan en vraagt wel wat tijd en onderhoud. Inheemse planten in potten houden is moeilijker dan in volle grond. In de warmste weken moet er soms tot twee keer per dag bewaterd worden, een intensieve taak die Leen met plezier op zich neemt. De regenton – die tegelijk ook plantenbak is – maakt het intensief gieten van de bakken eenvoudiger.
Tijdens de Velt-ecotuindagen op 1 en 2 juni kan je dankzij vijf wandelroutes de mooiste voor- en geveltuintjes van Antwerpen bezichtigen. Daarbij kan je onder meer de geveltuin van Leen passeren. Meer info over de routes vind je hier.