Zo voorkom je afval bij je bouwproject

Het klinkt vanzelfsprekend: bouwen met hergebruik in het achterhoofd. Maar dat was lange tijd helemaal niet aan de orde. Gebouwen werden neergezet om honderden jaren mee te kunnen gaan. En ja, baksteen en beton gaan inderdaad lang mee. Maar wat met de afwerking? Met de steeds strengere eisen wat betreft energiezuinigheid? Wat met de isolatie en technieken? Eigenlijk kan een gebouw helemaal niet meer ‘voor de eeuwigheid’ gebouwd worden. We moeten circulair beginnen denken: van een toekomstgericht ontwerp tot het voorkomen van bouwafval. 

Het principe van circulariteit is eenvoudig: je probeert grondstoffen zo lang mogelijk in kringlopen te houden. De meerwaarde daarbij kan van economische aard zijn: minder afhankelijk van import (denk maar aan de Evergiven op het Suezkanaal, ai ai). Maar ook ecologisch: zo heb je een lagere milieu-impact. Voordelen genoeg dus. Tijd om te kijken naar hoe we  afvalvrij bouwen in de praktijk kunnen toepassen. 

1. Materialen met een lang leven

Bij circulair bouwen gaat de voorkeur uit naar materialen met een lage milieu-impact. Dus materialen die gerecycleerd zijn of die zelf aan het einde van hun eerste leven gerecycled of hergebruikt kunnen worden. Denk bijvoorbeeld aan kleipannen of bakstenen die niet enkel lang meegaan, maar zich ook perfect lenen voor hergebruik. Als ze demontabel worden geplaatst - bijvoorbeeld via een aangepaste metselspecie - kunnen ze vlot weer worden weggenomen en een evenwaardige nieuwe bestemming krijgen. Modulaire afmetingen zorgen ervoor dat oude en nieuwe keramische materialen gemakkelijk kunnen worden gecombineerd.

Sommige materialen kunnen dan weer na gebruik aan de natuur teruggeven en zo de materiaalkringloop sluiten. Hout is het bekendste voorbeeld, maar ook leem, hennep of kurk zijn hernieuwbare materialen. Voordelen van deze materialen zijn dat ze doorheen hun levensloop heel wat CO2 kunnen opnemen (en vasthouden) en dat ze lokaal geteeld kunnen worden. Let wel op voor bepaalde behandelingen of additieven.

2. Bouwafval vermijden 

Bij (ver)bouwwerken komt er traditioneel veel afval kijken. “Iedereen die ooit al zelf bouwde, weet hoe het werkt,” vertelt Bas Sturm van VLAIO. “Je bestelt een hoeveelheid materiaal. ‘Voor de zekerheid’ zit daar alvast een reserve ingerekend. Componenten moeten vervolgens ter plaatse op maat gezaagd, afgeschuind of ingekort worden. Nog meer restmateriaal dus. En tenslotte neem je nog een deel weg op het moment dat je in de muren begint te slijpen en te kappen om de elektriciteitsleidingen te leggen.” Het resultaat: een flinke hoeveelheid restmateriaal. 

Een oplossing ligt bij prefabricage. Met prefab en pre-assemblage, reduceer je het restmateriaal omdat standaardisatie mogelijk is. Bovendien biedt een industriële aanpak mogelijkheden die er niet zijn op de werf of die men in de traditionele aanpak gewoon niet heeft geïntroduceerd. En kunnen we dan niks meer met restmateriaal op een werf? Toch wel, ongeveer 95% van het bouw- en sloopafval bestaat uit beton- en metselwerkpuin, puin van keramiek en natuursteen. Dat kan je 100% recycleren tot granulaten als het niet vervuild is. 

3. Verpakking vermijden 

In praktijk blijkt ook verpakkingsafval (pallets, allerlei folies van HVAC en installaties) daarnaast één van de grootste bronnen van afval op een werf.  In 2019 produceerden we allen samen in België 1,9 miljoen ton verpakkingsafval. De bouwsector is verantwoordelijk voor een deel van dat duizelingwekkende totaal. Heel wat van de goederen die we aankopen worden geleverd in verpakkingen van allerlei soorten en maten, maar gelukkig zien we daarbij het aandeel herbruikbare verpakkingen stijgen. Zo heeft Wienerberger onlangs een 100% circulaire verpakkingshoes geïntroduceerd. “We ontwikkelden een nieuwe folie in de vorm van een rekhoes”, licht CMO Katrien Nottebaert toe. “De folie is volledig transparant en wordt voor 30% vervaardigd uit plasticafval uit keukens van Vlaamse huishoudens. Het feit dat de hoes niet bedrukt wordt, maakt dat ze perfect te recycleren en te verwerken is tot een nieuwe transparante folie. Ook voor de pallets hebben we een circulaire oplossing in de vorm van retourpalletten. Onze dakpannen worden al geleverd op retourpalletten en momenteel rollen we dit ook uit voor onze snelbouwstenen. De ambitie is dit later ook toe te passen voor gevelstenen.” Het loont dus zeker de moeite om in te zetten op circulaire verpakken in je aankooptraject.

4. Urban mining, het opnieuw gebruiken van materiaalstromen 

Je kan afval vermijden, maar je kan afval ook in een ander daglicht bekijken. Is het eigenlijk wel afval? ‘Urban mining’ is een proces waarbij materialen die afgedankt zijn in een samenleving weer worden gerecupereerd. In de bouw wordt er zoveel materiaal gebruikt, dat er een enorm potentieel ligt om te hergebruiken. Veel grondstoffen worden zeldzamer en duurder, en we zijn daarnaast steeds beter in staat om materialen te scheiden, dus het kan interessant zijn om andere, al gebruikte bronnen aan te spreken. In materialenbanken vind je prachtige producten die je gewoon kan gebruiken tijdens jouw bouwproject, vaak goedkoper én milieuvriendelijker. 

> Lees hoe Johan en Els hun huis bouwden uit 70% recuperatiematerialen 

5. Bouwen in lagen

De verschillende opbouwlagen van een woning gaan niet allemaal even lang mee. Een architect kan daarop anticiperen door in onafhankelijke lagen te bouwen om ze nadien te kunnen scheiden. En makkelijk scheiden, dat doe je door omkeerbare verbindingen te voorzien. Vergeet lijm en kitten, denk aan kliksystemen en herbruikbare connectoren.Zo bouw je toekomstgericht en aanpasbaar, maar ook onderhoudsvriendelijk. 

Een muur wordt bezet met gerecupereerde panelen. Bron: Rotor DC
Urban mining is het hergebruiken van bouwmaterialen. Bron: Rotor DC
Recycleerbare hoezen van Wienerberger. Bron: Wienerberger
Kies voor materialen met een lang leven om afval te vermijden. Bron: BC Materials
Slechts 1% van het bouwmateriaal wordt hergebruikt. Met een goed plan kan dat veel meer zijn.
Verstandig omgaan met materialen scheelt je heel wat afvalcontainers