Een elektrische auto als thuisbatterij: waar staan we?

Je vertrekt thuis met je elektrische wagen. Er staat 200 km rijbereik op de teller. Drie kilometer verder pik je nog een collega op, en samen rijden jullie naar het werk, 14 km verderop. Je zet je collega af, rijdt nog 20 km door naar een afspraak, en tegen 11u zit je - weer 20 km later - knus achter je bureau met een koffie in de hand. Je teller klokt af op 143 km. (200 - 17 - 20 - 20 km)

Tussen 11u en 16u laadt je wagen op aan het voordeligste tarief via één van de laadpalen op je werk. Dat gebeurt met 100% hernieuwbare elektriciteit dankzij de zonnepanelen op het dak van het bedrijf waar je werkt. Wanneer je je kantoor verlaat, is je auto volledig opgeladen en kan hij weer 250 km afleggen. Je rijdt je collega en jezelf naar huis, en stapt uit met een rijbereik van 233 km. (250 - 17 km)

Het is intussen 17u30 en de zonnepiek voor die dag is voorbij. Iedereen begint met koken en belast het net. Maar niet jij, want jij gebruikt gewoon je autobatterij om je kookplaat, radio en laptop van stroom te voorzien. Na het eten hoef je niet te panikeren: je rijbereik is met pakweg 20 km gedaald, waardoor je nog 213 km (233 - 20 km) overhoudt om je dochter naar de voetbaltraining en terug te brengen. Tenzij ze voetbalt aan de andere kant van het land, moet dat lukken.

‘s Ochtends vertrek je naar het werk met 200 km rijbereik op de teller.

V2H (vehicle-to-home) technologie, waarbij je auto niet enkel stroom afneemt maar ook kan teruggeven aan je huis, wordt ook wel bidirectional charging genoemd. Je autobatterij functioneert in feite als een thuisbatterij. Overdag laad je de batterij op aan 100% hernieuwbare zonnestroom, die je ‘s avonds inzet om de pieken en dalen in het net te helpen afvlakken.

Kunnen elektrische auto’s het net balanceren?

Vaak gehoord: we kunnen niet volledig overschakelen op groene stroom, want soms waait het niet en schijnt de zon niet. Dat klopt, en die uitdagingen zijn reëel. Maar niet onoverkomelijk. Als we flexibeler leren omgaan met onze stroom, zowel in ons gedrag als met behulp van technologie, komen we al een heel eind.

Thuisbatterijen worden vaak naar voren geschoven om windluwe en donkere dagen te overbruggen. Maar een thuisbatterij is een stevige investering. De terugverdientijd nog steviger. Zelfs met de introductie van de digitale meter en de nieuwe nettarieven (zie kader), zal dat nog even zo zijn. Bovendien heeft niet iedereen genoeg ruimte vrij om een thuisbatterij ter grootte van een uit de kluiten gewassen koelkast neer te poten.

De nieuwe nettarieven

Je  elektriciteitsfactuur zal vanaf 1 januari 2022 anders berekend worden. Niet langer je verbruik - het totaal aantal verbruikte kilowatturen (kWh) -  zal bepalend zijn hoe hoog je stroomfactuur zal oplopen, maar wel  de hoeveelheid stroom die je  op een piekmoment afneemt, het piekvermogen (kW).

Je effectieve verbruik telt dan maar voor  20% mee. 80% van je netkosten worden bepaald door de netcapaciteit die op piekmomenten gebruikt wordt. Plots veel stroom verbruiken wordt dus duurder. Wie zijn verbruik spreidt doorheen de dag is dan weer goedkoper af. 

Een elektrische auto als thuisbatterij

Als je een elektrische auto met vehicle to home-technologie hebt, maak je een extra thuisbatterij overbodig. Een autobatterij is flexibeler en kan op meer manieren ingezet worden, bijvoorbeeld als stroomgenerator op de camping. Meerdere elektrische wagens kunnen zelfs dienen als stroombuffer voor de hele wijk. Een powerbank voor je leven, eigenlijk. In Nieuw-Zeeland is er al een commercieel V2H-systeem voor particulieren op de markt. In België blijft het voorlopig nog even koffiedik kijken.

Voor een lege autobatterij op een ongemakkelijk moment hoef je trouwens niet te vrezen. In de toekomst zal je perfect kunnen instellen hoeveel stroom je maximaal wil afnemen, of hoeveel kilometers je zeker nog op de teller wil hebben. Eenmaal dat punt bereikt, schakelt het systeem automatisch terug over op netstroom. Met een slim laadsysteem kan je ook instellen dat je auto ‘s nachts bijvoorbeeld niet volle bak, maar aan een trager tempo mag laden. Denk aan het capaciteitstarief, dat vooral het piekverbruik belast. Nu al kan je voor veel modellen regelen dat ze - ook al zijn ze ingeplugd - pas beginnen laden na een bepaald uur, bv. vanaf 22u, wanneer het nachttarief geldt. Nog gemakkelijker: je geeft gewoon aan in de app op je smartphone dat je auto tegen 8u ‘s ochtends volgeladen moet zijn. Je auto doet de rest en laadt op wanneer de tarieven het laagst liggen.

Nu en in de nabije toekomst zal slim opladen veel relevanter zijn dan eventueel stroom terugleveren - Bart Van Wulpen, Fluvius

Op dit moment is dat allemaal nog toekomstmuziek. Er kan al wel in zekere mate slim geladen worden, maar de huidige generatie elektrische wagens is niet uitgerust voor het terugleveren van stroom.

  • Bidirectionele stekkers zijn duurder omdat ze voorlopig amper geproduceerd worden. 
  • Batterijen werken op gelijkstroom, terwijl laadpalen wisselstroom leveren. Die wordt omgezet naar gelijkstroom door een omvormer in de auto, maar als je elektriciteit wil terugleveren moet je die weer kunnen omvormen naar wisselstroom. Of de laadpaal moet daarvoor uitgerust zijn.
  • Vaak op- en ontladen heeft impact op de levensduur van je batterij. Bij de nieuwste generatie batterijen speelt dit steeds minder, maar de meeste huidige autobatterijen zijn niet geschikt voor bidirectional charging. Daar komt wel gauw verandering in.
  • Tel daar nog eens bij dat er nog enorm veel werk aan de winkel is op vlak van standaardisering, en je snapt waarom het plaatje behoorlijk complex wordt. 

Het kan allemaal wel - wereldwijd worden verschillende concepten uitgetest - maar dit neemt tijd in beslag. 

Als toestellen zelf stroom willen leveren, zoals een e-auto, dan moeten die ook aan bepaalde regelgevingen voldoen - Bart Van Wulpen, Fluvius

Je woning voorbereiden op een elektrische auto als thuisbatterij

Toch is het nu al verstandig om je woning voor te bereiden op een elektrische wagen die als thuisbatterij kan functioneren. Denk op lange termijn. Een PV-installatie gaat makkelijk 25 jaar mee. Misschien overweeg je de aanschaf van een elektrische wagen niet vandaag, maar wel over 5 of 10 jaar?

Dan is het verstandig om ervoor te zorgen dat je PV-installatie nu al klaar is voor de toekomst: zorg ervoor dat je je installatie kan uitbreiden, of leg nu al enkele extra panelen. Hoeveel? Dat is koffiedik kijken. Een gemiddeld gezin verbruikt ongeveer zo’n 3.500 kWh elektriciteit per jaar. Een elektrische auto verbruikt per jaar – afhankelijk van het gebruik ervan – het equivalent van 2.000 tot 3.000 kWh aan herlaadbeurten. 

Om dit extra verbruik af te dekken, moet een gemiddelde zonnepaneleninstallatie dus verdubbelen in oppervlakte. Maar dat is te kort door de bocht: vaak laad je op het werk of aan een openbare laadpaal, zoals op de parking van de supermarkt. Reken daarvoor maar op de helft van de laadbeurten thuis.

Maar dankzij bidirectional charging zal je elektrische wagen je woning ook van stroom kunnen voorzien. Terwijl een gemiddeld gezin 10 kWh per dag verbruikt, kan een elektrische auto makkelijk 10 keer zoveel stroom opslaan (laadvermogen). Als je je auto overdag oplaadt aan de zonnepanelen op je werk of aan goedkope elektriciteit van het net, hoeven extra zonnepanelen op je dak misschien niet meer.

Veel zal afhangen van de technische vooruitgang. Tot vandaag hebben wij hier nog geen concrete aanvragen over ontvangen van autofabrikanten. - Bart Van Wulpen, Fluvius

Daarom: maak je PV-installatie flexibel: zorg dat ze kan uitbreiden en dat ze klaar is om aangesloten te worden op een thuis- of autobatterij, en dat ze slim kan communiceren met jou en met de belangrijke toestellen in je huis, zoals bijvoorbeeld je warmtepomp. Zo is je installatie klaar voor de toekomst.

Starten met elektrisch rijden

Als je nu al geïnteresseerd bent in elektrisch rijden kan je zeker de FAQ Elektrisch rijden en autodelen van Bond Beter Leefmilieu raadplegen, samengesteld met experts uit de EV-sector.