verbruik Tl lamp is meestal x2

Het Ecobouwers forum is vernieuwd en verbeterd, daarom is deze discussie afgesloten. Je kunt hier niet meer reageren. Je kan deze vraag opnieuw stellen, of vragen aan de beheerder van Ecobouwers om deze discussie opnieuw te openen als een nieuwe vraag.

Het verbruik van een TL-lamp is meestal het dubbele van wat er op je lamp staat. Dat komt doordat het verbruik van een TL-lamp afhangt van je cosφ of arbeidsfactor. Bij een standaard armatuur is deze 0,5. Dit betekent dat je verbruik het dubbel is van wat er op je lamp staat. Indien je een condensator in serie schakelt met je balast verbetert de cosφ of arbeidsfactor tot 0,8 à 0,9. Dat heeft als gevolg dat je verbruik daalt tot iets meer dan het vermogen van wat op je lamp staat. Bij een cosφ 1 is het verbruik exact hetzelfde als wat op je lamp staat.

Deze condensator moet je er bij plaatsen. De waarde die je condensator moet hebben staat op de balast geschreven. Zo weet je welke je moet gaan kopen. Meestal is deze waarde tussen de 4 en de 6 µF (microfarad)

Je kunt het verbruik ook verminderen door de klasieke balast te vervangen door een elektronische balast met een cosφ van 0,97. Dit heeft ook als voordeel dat je lamp onmiddelijk start en je geen starters meer nodig hebt. Deze elektronische transfo kost wel ongeveer 40€.

Dus, in gebouwen met veel TL-lampen waar deze lange tijd branden is dit een aanzienlijke energiebesparing.

Iedereen accoord?

Reacties

Niet akkoord.

Je kwh meter duid enkel het actief vermogen aan en niet het schijnbaar vermogen. Bij grote bedrijven is de cos phi verbetering verplicht, hierdoor moeten de centrales minder vermogen leveren. Bij een zeer slechte cos phi zal de centrale meer vermogen moeten leveren, dan wat er effectief verbruikt gaat worden door de klant, een deel gaat terug naar het net.

De cos phi kun je opdrijven door het blind vermogen te neutraliseren met condensatoren bij te schakelen hetgeen ook wordt gedaan.
Het blind vermogen van de kleine verbruikers wordt gedeeltelijk geneutraliseerd in de onderstations van de hoogspanningsposten met hele groepen condensatorenbatterijen teneinde zo het getransporteerd stroomverbruik te reduceren. Men tracht daar de cos phi steeds minstens boven de 0,9 te brengen, veel hoger vereist een relatief veel te grote investering in condensatorbatterijen.
Alleen elektrische apparaten met een weerstand zoals electroboilers, gloeilampen, cv op electriciteit, kookvuren met weerstand (geen inductie!) hebben een cos phi van 1.
Er bestaan (toch vroeger) ook de weinig gebruikte synchrone motoren die zelfs een cos phi groter dan 1 geven bij nullast (deze werden dan als industriele groepsaandrijving gebruikt en ook om de cos phi te verbeteren ). Synchrone motoren zijn zeer moeilijk op te starten en hebben steeds een vast toerental, veelvoud van 50 hz , exact 3000 , 1500 tr/min bv . Voor de opkomst van het digitale waren vele wekkers er mee voorzien.

Uiteraard, hoe groter de belasting hoe hoger de cos phi (0.85 en meer bij vollast) en groter verbruik en hoe lager de belasting hoe lager de cos phi (soms maar 0,5 bij nullast) en kleiner verbruik.
De toegelaten max. waarden staan op het kenplaatje.

Dus belangrijk voor diegenen die hun electriciteit zelf willen produceren.

Cos phi groter dan 1? Knap hoor maar dit bestaat dus niet.

Een slechte cos phi ziet de meter niet maar komt uiteindelijk wel voor eigen rekening dmv een correctiefactor met wat er werkelijk ingekocht is.

Ditzelfde (cos phi factor) geldt ook voor de spaarlampen, die presteren ook minder dan ze je beloven.